Officiële landstaal: Mandarijn en andere Chinese talen
Hoofdstad: Peking
Regeringsvorm: Volksrepubliek, Presidentiële republiek met een
eenpartijstelsel
Staatshoofd: President Xi Jinping
Regeringsleider: Premier Li Keqiang
Religie: Chinese volksreligie, boeddhisme, taoïsme,
confucianisme/voorouderverering
Oppervlakte: 9.596.961 km²
Inwoners: 1.367.485.388 (2016)
Inwoners / km²: 142,5 / km² (2016)
Munteenheid: Renminbi
Nationale feestdag: 1 oktober
Volkslied: Mars van de vrijwilligers
Tijdens de Periode van de Strijdende Staten was China meer dan tweehonderd jaar verdeeld in rivaliserende koninkrijken. Qin, in het westen, profileerde zich als de sterkste staat toen Zheng in 246 v.Chr. op dertienjarige leeftijd koning werd. Acht jaar later begon hij door een combinatie van verrassingsaanvallen, spionage en omkoperij de zes ander staten een voor een te elimineren. Qi, in het noordwesten, viel als laatste in 221 v.Chr. Voor de eerste keer in de geschiedenis was China verenigd onder één heerser en Zheng nam de titel Shi Huangdi aan, de eerste keizer. Zijn dynastie, zo verklaarde hij, zou tienduizend generaties standhouden.
Samen met zijn eerste minister Li Si legde Shi Huangdi het land meedogenloos en gecentraliseerd gezag op. Hij schafte alle regionale maten en gewichten af, standaardiseerde de wetten en het Chinese schrift en begon met de aanleg van wegen en kanalen. Ook begon hij de bouw van de Chinese Muur, om de forten langs de noordelijke grens met elkaar te verbinden.
Shi Huangdi was slechts voor één ding bang: de dood. Naar verluidt reisde hij zelfs naar Japan op zoek naar een levenselixer. Aan zijn enorme grafcomplex, dat een afspiegeling van de kosmos zou zijn, werd door 700.000 man gewerkt. In 1974 stuitten mannen bij het graven van een put op een grote kuil met duizenden levensgrote soldaten van klei. Het terracottaleger van meer dan zevenduizend krijgers, dat al ruim tweeduizend jaar de wacht hield in de buurt van het lichaam van de eerste keizer, is de grootste archeologische ontdekking van China.