Officiële landstaal: Mandarijn en andere Chinese talen
Hoofdstad: Peking
Regeringsvorm: Volksrepubliek, Presidentiële republiek met een eenpartijstelsel
Staatshoofd: President Xi Jinping
Regeringsleider: Premier Li Keqiang
Religie: Chinese volksreligie, boeddhisme, taoïsme, confucianisme/voorouderverering
Oppervlakte: 9.596.961 km²
Inwoners: 1.367.485.388 (2016)
Inwoners / km²: 142,5 / km² (2016)
Munteenheid: Renminbi
Nationale feestdag: 1 oktober
Volkslied: Mars van de vrijwilligers

Onder het welwillende bewind van de Songdynastie (960-1279) groeide China uit tot het welvarendste en technologisch meest ontwikkelde land ter wereld. Op militair gebied waren de Song echter minder succesvol en hun gezag beperkte zich voornamelijk tot gebieden met etnische Chinezen. In 1127 werd hun toekomst gered door Gaozong.

Vrijwel vanaf de stichting van de dynastie werden de Song geconfronteerd met sterke externe vijanden, die ze in toom probeerden te houden met een verdeel-en-heerspolitiek. Het Khitanrijk van Liao, waarvan de zuidgrens vlak ten noorden van Beijing lag, vormde een constante bedreiging en de Song moesten vaak schatting betalen in ruil voor vrede. In 1114 zag de Songkeizer Huizong een gelegenheid de Khitan een lesje te leren door een opstand te steunen van het aan khitan schatplichtige Jürchenvolk uit Mantsjoerije. Na een jarenlange oorlog onderwierpen de Jürchen uiteindelijk in 1124 de Khitan en stichtten een eigen staat onder de Jindynastie. Ze bedreigden de Song echter meer dan de Khitan voorheen. In 1125 vielen de Jin aan en Huizong trad af ten gunste van zijn zoon Qinzong. Qinzong slaagde er niet in het Chinese leger te verzamelen en in januari 1127 namen de Jin de Songhoofdstad Kaifeng in, inclusief Huizong, Qinzong en drieduizend leden van de koninklijke familie, die een levenslange gevangenschap tegemoet gingen.

Gaozong, een jongere zoon van Huizong, wist aan de massale gevangenneming van de koninklijke familie te ontsnappen en riep zich op 10 juni 1127 uit tot keizer. Hij was niet in staat het noorden te heroveren, maar hij stichtte de nieuwe hoofdstad Hangzhou in Zuid-China. Hiermee begon de zuidelijke Songperiode (960-1126 staat bekend als de noordelijke Songperiode), die eindigde met de Mongoolse verovering in 1279.