Officiële landstaal: Hindi (primair), Engels (geassocieerd) en andere
Hoofdstad: New Delhi
Regeringsvorm: Federale republiek
Staatshoofd: President Ram Nath Kovind
Regeringsleider: Premier Narendra Modi
Religie: Hindoeïsme (80%),
Islam (13%), Christendom (2,3%), Sikhisme (2%)
Oppervlakte: 3.287.263 km²
Inwoners: 1.266.883.598 (2016)
Inwoners / km²: 385,4 / km² (2016)
Munteenheid: Indiase roepie
Nationale feestdag: 26 januari
Volkslied: Jana Gana Mana

Het Mongoolse Rijk in India hield stand van 1526 tot het midden van de 18e eeuw. Het bereikte het hoogtepunt van zijn macht rond 1700, toen het bijna het hele sub-continent besloeg. Het opvallendste, nog bestaande erfgoed is de architectuur. Shah Jahan, die het Rode Fort bouwde, was ook de bouwer van de Taj Mahal.

Het Rode Fort dat in 1648 werd voltooid, is een hoogtepunt van Mongoolse creativiteit. De plattegrond van het paleis is gebaseerd op de normale islamitische ontwerpen, maar elk paviljoen bezit elementen die kenmerkend zijn voor een Mongools gebouw: een mengeling van Perzische, Timoeridische, hindoeïstische en islamitische tradities.

Keizer Shah Jahan vestigde zijn hoofdstad in Shahjahanabad en bouwde het Rode Fort als zijn paleisburcht achter sierlijke muren van rode zandsteen, die een lengte hebben van 2,5 km. De vernieuwende planning, tuinen en architectonische stijl van het fort waren van grote invloed op latere bouwwerken en tuinontwerpen in Rajasthan, Delhi en Agra.

Het Rode Fort is sinds de bouw een machtig symbool geweest van de Indiase natie. Het Britse leger veroverde het na de muiterij van Sepoy van 1857-1858 en hield het bezet tot India in 1947 onafhankelijk werd. Sindsdien is het fort het centrum gebleven van nationale onafhankelijkheidsvieringen.