Vlag India - Thumbnail
Geschiedenis
Cultureel Werelderfgoed
Gemengd Werelderfgoed
Natuurlijk Werelderfgoed
Home
wereld - selected
          
banner
Mahmud plundert de Punjab. Op de afbeelding een kaart van het Ghaznavidische Rijk van 975-1187.
vlag india

Officiële landstaal: Hindi (primair), Engels (geassocieerd) en andere
Hoofdstad: New Delhi
Regeringsvorm: Federale republiek
Staatshoofd: President Ram Nath Kovind
Regeringsleider: Premier Narendra Modi
Religie: Hindoeïsme (80%),
Islam (13%), Christendom (2,3%), Sikhisme (2%)
Oppervlakte: 3.287.263 km²
Inwoners: 1.266.883.598 (2016)
Inwoners / km²: 385,4 / km² (2016)
Munteenheid: Indiase roepie
Nationale feestdag: 26 januari
Volkslied: Jana Gana Mana

1001: Mahmud plundert de Punjab - Mahmud van Ghazni, de beruchte schender van hindoetempels, zet zijn eerste invasie van India in gang.


Mahmud plundert de Punjab


In 1001 viel Mahmud, de emir van Ghazni in Afghanistan, India binnen. Hij versloeg Jaipal, de raja van Lahore, en plunderde de Punjab. Bij zijn terugkeer nam Mahmud, een militante moslim, de titel ghazi (strijder voor het geloof) aan. Dit was de eerste van zeventien grote campagnes waarmee hij het Indiase subcontinent aanviel, met als climax de verwoesting van de hindoetempel van Somnath in Gujarat in 1025, waarbij naar verluidt vijftigduizend mensen omkwamen. Mahmud sloeg persoonlijk de lingam, het heilige symbool, van Shiva in de tempel kapot en nam de brokken mee naar Ghazni. Daar werden ze verwerkt in de trappen van een moskee.

Mahmud slaagde er uiteindelijk in de Punjab te veroveren, maar het ging hem meer om het plunderen dan om het verwerven van nieuw gebied. Elk expeditieleger keerde terug met wagens vol slaven bestemd voor de slavenmarkten van de moslimwereld. Mahmud gebruikte de geroofde kostbaarheden om Ghazni te verfraaien, geleerden en ambachtslieden te steunen en nieuwe veldtochten te financieren.

In Afghanistan en Pakistan geldt Mahmud als een held. In India wordt hij gehaat omdat hij zoveel hindoetempels verwoestte. Historici zijn het niet eens over de ware omvang van Mahmuds afkeer van het hindoeïsme. Sommigen zijn van mening dat zijn aanvallen op tempels alleen voortkwamen uit de wens hun rijkdommen te roven, maar Mahmuds opzettelijke vernieling van de lingam van Somnath en andere heilige hindoesymbolen maakt dit onwaarschijnlijk.